Beschrijving
Rösler Rigoletto
Deze Rösler Rigoletto piano is gebouwd in Tsjechië. Het is een duurzaam Europees product met een prachtige warme toon en verpakt in een mooie zwart gesatineerde kast.
Geschiedenis Rösler Piano’s en Vleugels
Rösler is een van oorsprong uit Bohemen afkomstig merk dat heden ten dage door Petrof in het Chinese Hailun wordt gemaakt. Rösler dateert uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Nadat Antonin Petrof in 1864 zijn fabriek had opgericht volgde Gustav Rösler mogelijk in 1868 met zijn pianofabriek, maar veelal wordt 1878 als oprichtingsdatum aangehouden. Gustav Rösler maakte al snel naam met goede instrumenten. Toen Gustav Rösler kwam te overlijden deed zijn weduwe Helena Rösler het bedrijf over aan haar broer Ludvik Gatter, die het met succes voortzette. Rond 1910 telde het bedrijf ruim 100 werknemers. Bijna een derde deel van de productie ging naar Wenen en verder werd onder meer naar Engeland en Zuid-Afrika geëxporteerd.
Gatter wist de productie van 100 instrumenten per jaar te vertienvoudigen naar 1000 per jaar totdat Rösler, net als alle andere pianobedrijven, getroffen werd door de oorlog en de crisisjaren. De Eerste Wereldoorlog betekende een verlies van arbeidskrachten, verbroken handelsrelaties en moeilijk verkrijgbare onderdelen. De Oostenrijks-Hongaarse Donaumonarchie was uiteengevallen en in 1918 werd de eerste Tsjecho-Slowaakse Republiek gevormd. De internationale handelsbetrekkingen werden hersteld en er waren weer vakmensen en hoogwaardige materialen beschikbaar. Toen volgden de wereldwijde crisisjaren. Tegen 1929 gingen ruim 90% van alle kleine Tsjechische familiebedrijven te gronde.
Na de oprichting van het Protectoraat Bohemen en Moravië in 1939 daalde de productie van instrumenten onder het strenge regime van de Nazi’s opnieuw. Goed opgeleide Tsjechen werden tewerkgesteld in de Duitse oorlogsindustrie. Fabrikanten moesten vliegtuigonderdelen en munitiekisten produceren, waardoor de piano tot een bijproduct was verworden of zelfs helemaal niet meer werd gebouwd. De mooiste Röslerpiano’s stammen echter uit de tijd van voor de Tweede Wereldoorlog. Tot aan het einde van de Tweede Wereldoorlog bleef het bedrijf nog in handen van de familie en leidden Ludvik Gatters zoons Reiner en Walter het bedrijf. Na de Tweede Wereldoorlog werden praktisch alle particuliere ondernemingen genationaliseerd.
Hierboven de Piano- en Orgelfabrieken, gevestigd in Hradec Králové, waar bedrijven als Rösler, Petrof, August Förster, Scholze, Rieger & Kloss in werden ondergebracht.
In 1948 werd na de communistische machtsovername een nieuw staatsbedrijf opgericht, Továrny na piana a varhany – Piano- en Orgelfabrieken, gevestigd in Hradec Králové, waar bedrijven als Rösler, Petrof, August Förster, Scholze, Rieger & Kloss in werden ondergebracht. In 1958 ging dit bedrijf over naar het muziekinstumentenbedrijf Hudebni nastroje Ceskoslovenske – Tsjechoslowaakse Muziekinstrumenten (CSHN). De productie werd onderverdeeld over diverse locaties.
Zo waren er speciale fabrieken opgericht voor alleen de piano-onderdelen, waardoor alle merken die hier in Nederland geïmporteerd werden (Rösler, Petrof, ‘Tsjechische’ Förster) wel ieder hun eigen kast kregen, maar van binnen nogal op elkaar leken. Na de val van het IJzeren Gordijn begon de herprivatisering en werd de kwaliteit van de instrumenten langzaam beter. Petrof ontfermde zich o.m. over het merk Rösler. Sinds 2006 produceert Petrof in Hailun een instrumentenserie dat in Europa onder de naam Rösler op de markt wordt gebracht en in China onder de naam Scholze.
De Chinese fabriek, Hailun, die nu o.a. Rösler piano’s maakt.